Ook geschreven als Garoeda. Benaming voor de gouden adelaar (zonne-arend).
Goddelijk en mythisch wezen uit de Indonesische en Indiase mythologie. Hij is half dier, half mens. Garuda
werpt zich op als beschermer van de onderdrukten en wordt beschouwd als boodschapper tussen de gescheiden
werelden van mensen en goden. Aan een adelaar worden bovennatuurlijke krachten toegeschreven. In de
Mahabharata wordt Garuda door de brahmaanse god Vishnu (Krishna) als rijdier gebruikt. In de strijd van het goede tegen het kwade vecht Garuda met de
naga, onderaardse goden in de vorm van een slang. De Indonesische wayanglamp (blenchong) - waarmee het
schaduwspel op het
speelscherm wordt gerealiseerd - heeft dikwijls de vorm van de vogel Garuda,
het symbool van geluk en vriendschap.
Zie ook Wayang.