This is a Dutch-language ABC of Puppetry ('poppentheater-abc') with nearly five hundred entries. This section
contains an explanation of the terms, expressions, concepts, puppetry techniques, characteristic
puppet theatre figures and important people.

Handpop

Pop die op de hand wordt bespeeld. De poppenspeler gebruikt zijn vingers om de pop te laten bewegen. In de hals van de kop zit een gat. Daar steekt de speler de wijsvinger in. De duim gaat in het ene mouwtje, de pink - soms vergezeld van ring- en middelvinger - gaat in het andere. Aan de mouwtjes zitten meestal handjes. Een enkele keer bungelen er beentjes onder aan het jasje. De handpop heeft onder de kleertjes geen lijf. De knuist van de poppenspeler geeft de nodige vulling.
Zie ook Linker- en rechterhand en Doepak nr. 52a.


Illustratie uit: Het gezicht van Jan Klaassen:
hij lacht zich een bult.
Auteur: Hetty Paėrl.
Impressum: Oostelijk Kunstbedrijf, Vorchten (1985).
Stamboeknummer: 71.458.